17 APRIL 1980
830
het district F.N.V.-Brabant af te haken. De motie
ven daarvoor hebben wij gelezen in het Dagblad De
Stem van 18 februari j.l. Het district Brabant is
van mening dat de B.O.C.'s een beter platform vor
men dan adviescommissies van stedelijke aard. Wij
zijn het daarmee niet eens. Wij zijn van mening
dat men Bredase knelpunten of problemen ook plaat
selijk aan de orde moet kunnen stellen. Overigens
heeft onze fractie een dergelijk besluit van het
N.V.V. te respecteren, zeker als het om F.N.V.-
uitgangspunten gaat. Anderzijds betreuren wij het
dat het in de laatste fase van voorbereiding zo is
gelopen. Wij menen dan ook dat alles moet worden
geprobeerd om het N.V.V. alsnog bij de activitei
ten van de adviesraad te betrekken. Het zal moei
lijk zijn, maar het kan. De opvatting van het col
lege dat nu toch met het overlegorgaan moet worden
gestart, kunnen wij delen. Uit de stukken blijkt
dat de zetel van het N.V.V. vacant blijft; ook
daarmee kunnen we het eens zijn.
Vervolgens willen wij nogmaals bepleiten aan
het eind van het volgend jaar een evaluatie te la
ten plaatsvinden met betrekking tot de werkwijze
en de vraag, hoe men een en ander heeft ervaren.
Het resultaat van die evaluatie zou aan de gemeen
teraad moeten worden voorgelegd. Op dit punt wil
len wij via een tweede amendement een uitspraak
aan de raad vragen, (amendement 2, later aangeduid
als motie)
Tijdens de commissievergadering hebben wij
begrepen dat, hoewel nu de adviesraad gaat functio
neren, het gemeentelijk contact werknemersbelang
in stand zal blijven. Wij vinden dit merkwaardig,
maar er zullen wel redenen voor zijn.
Tot slot wensen wij de nieuwe adviesraad bij
zijn komende werkzaamheden het allerbeste toe.
De heer VAN BANNING: Er was in de commissie
economische zaken al zó uitvoerig gediscussieerd,
dat ik uitging van de achteraf foutief gebleken
veronderstelling dat dit raadsvoorstel zonder meer