870
21 APRIL 1980
uiteraard namens het college. Hij zei toen het
volgende: "Dit experiment moet in ieder geval een
reële kans krijgen om te slagen." Naar onze me
ning was dat hoopvol. Even verder, op pagina 814,
stelt hij het volgende: "Het werken in de nieuwe
structuur is een uitdaging die we moeten aanvaar
den. Anders kunnen wij er beter niet aan beginnen.
In ieder geval is het college van mening dat deze
structuur, die het resultaat is van jarenlange
discussies, als antwoord op velerlei denkmodellen
kan functioneren." Voorts is in die vergadering
door collega Hendriksen namens de toenmalige fe
deratie een poging gedaan om dat functioneren een
beetje in de greep te krijgen. Wij hebben gepoogd
de commissie armslag te geven en te voorkomen dat
er in de toekomst frustraties zouden ontstaan. Het
was onze bedoeling de helpende hand te bieden en
wij hebben daartoe een motie ingediend. Wij pleit
ten ervoor dat het provinciaal opbouworgaan via
regelmatige evaluatie de mogelijkheid zou krijgen
advies uit te brengen over het functioneren van
de commissie ex artikel 61 voor de Beyerd en de
commissie voor cultuur. Die motie is toen door de
raad afgewezen en vanavond worden wij met één van
de resultaten daarvan geconfronteerd. Er ligt een
uitgekleed voorstel voor ons dat niet door de be
volking wordt gedragen. De wethouder van culture
le zaken in deze raad heeft in een interview in
"Breda in actie" van maart 1980 aangegeven hoe hij
cultuur ziet. Volgens "Breda in actie" zei hij na
enige aarzeling: voor mij is het alles dat niet
te maken heeft met directe levensbehoeften: gees
telijke ontplooiing, creatieve ontplooiing en
kunst. Onze partij kijkt daar wat anders tegenaan
en ik verwij s daarvoor naar onze notitie die aan
u allen is toegestuurd. Naar onze mening dient
cultuur veel meer emancipatorisch van karakter te
zijn. Het gaat er voor ons om dat de mensen zelf
greep krijgen op hetgeen om hen heen gaande is,
waarbij zij de mogelijkheid moeten krijgen om te
veranderen. Wij zijn van cordeel dat er een