21 APRIL 1980 897 oproep voor leden van een nieuwe bestuurscommissie zou zijn geplaatst. Wij hadden dan een nieuwe be stuurscommissie kunnen benoemen, die wij dezelfde opdracht hadden kunnen geven als de oude bestuurs commissie, derhalve het werk afmaken, een beleid bepalen en een preadvies aan de raad voorleggen. Dat zou uiteraard de meest gemakkelijke weg zijn geweest, de weg van de minste weerstand, maar die zou bepaald geen oplossing hebben gebracht. Ook de heer Oomen heeft bij de verdediging van zijn pre advies gezegd dat er meer aan de hand was dan al leen het ontslag van de commissie. Hij heeft zelfs het woord "crisis" in de mond genomen. Wanneer wij het met elkaar eens kunnen zijn dat er inderdaad momenten van crisis zijn voorgekomen, is het mijns inziens erg onverstandig om te doen alsof je neus bloedt, een nieuwe bestuurscommissie te benoemen en deze de opdracht te geven met het werk voort te gaan. Naar mijn mening getuigt het van zorgvul digheid als je dan nagaat waarom dit allemaal is ontstaan, welke eventuele argumenten daaraan moe ten worden toegevoegd en welke voorwaarden moeten worden vervuld om niet in hetzelfde slop te raken. De mogelijkheid daartoe was namelijk bepaald niet uitgesloten. Wij zouden dan alleen het hele proces van besluitvorming rond de Beyerd, waar wij nu voor staan, een periode van pakweg twee jaar heb ben uitgesteld, namelijk tot de commissie op de zelfde mogelijkheden en onmogelijkheden was ge stuit en opnieuw aan de raad had moeten schrijven dat zij er geen gat in zag. Wij hebben heel duide lijk om dat te voorkomen een andere weg gekozen. Ik geloof dat dat ook uitvoerig in het preadvies is weergegeven. De pagina's 3 tot en met 9 geven een kritische analyse weer van datgene wat is ge beurd, terwijl zij ook de samenhang aantonen die het hele gebeuren had met wat er is gebeurd bij de andere instituten in onze stad. Bladzijde 5 geeft eigenlijk in een preadvies heel kort aan wat er is gebeurd. Je kunt stellen dat er steeds meer acti viteiten in de Beyerd gingen plaatsvinden en dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 897