21 APRIL 1980
919
De heer OOMEN: Er bestaat geen christelijke
kunst en evenmin socialistische kunst!
Mevrouw STUTTERHEIM: Er bestaat ook geen
christelijke politiek, mijnheer Oomen!
De heer KAMMERAAT: Ik laat deze discussie nu
maar even voor wat zij is. Door de heer Oomen is
in ieder geval gezegd, dat hij niet bang is voor
de politieke cultuur, wat bij mij de indruk wekt
dat hij toch niet helemaal heeft begrepen wat ik
bedoelde. Ik zal daarom proberen het iets "harder"
te zeggen: ik ben er erg bang voor omdat dit wel
licht een eerste stapje zou kunnen zijn op weg
naar de overheid die de kunst gaat voorschrijven,
de soort kunst, de enige kunst die nog mogelijk
is. Daarvoor ben ik niet te vinden en zoveel zal
de heer Oomen toch ook niet van Mao houden.
De heer OOMEN: Het lijkt mij toch wel duide
lijk dat wij dat ook niet willen!
De heer KAMMERAAT: Dat geloof ik ook, u zult
het zo niet bedoelen, maar het gevaar zit erin.
Als je die kant opgaat moet je daarvoor erg oppas
sen en daarom ben ik er benauwd voor.
De heer VAN ASSELDONK: De heer Oomen is zo
even nog iets vergeten: "Het leek dat Jantje wilde
plukken, schoon zijn vader het hem verbood." De
heer Oomen zet duidelijk aan tot ongehoorzaamheid,
hij heeft deze zinnen althans niet aangehaald.
Het is ons allen bekend dat Toon Hermans van
een stukje volkskunst iets geweldigs heeft gemaakt,
waardoor hij beroemd is geworden. De heer Oomen
stelde, dat lolletjes maken geen kunst is. Lolle
tjes maken ten koste van mensen is inderdaad geen
kunst, maar dan zijn het ook geen lolletjes.
Als men met een dergelijk initiatiefvoorstel
in de raad komt, een voorstel waarvan de wethouder
duidelijk heeft aangetoond hoe krakkemikkig het