21 APRIL 1980 925 gewone volk aan de pruimen komt, terwijl wij daar van nu juist voorstanders zijn. De VOORZITTER: Zou dit geen mooi einde kunnen zijn, mijnheer Oomen? De heer VAN ASSELDONK: Ik kan het niet met de constatering van de heer Oomen eens zijn! De heer OOMEN: Ik wil eindigen met de medede ling, dat wij ons eigen initiatiefvoorstel uiter aard handhaven en dat wij in logisch vervolg daar op het voorstel van het college niet zullen steu nen. Mocht het voorstel van het college het wel halen en ons voorstel niet, dan wil ik de heer Sandberg toch graag de plastic orchidee geven. Ik gun het hem graag dat hij van de schoonheid van deze orchidee kan genieten. De VOORZITTER: De heer Oomen heeft hiermee voldoende gelegenheid gehad zijn initiatiefvoor stel te verdedigen. Ik stel u voor eerst een be sluit te nemen over het initiatiefvoorstel van de Partij van de Arbeid en daarover hoofdelijk te stemmen, zoals wij dat straks ook over het voor stel van burgemeester en wethouders zullen doen. Het initiatiefvoorstel van de Partij van de Arbeid-fractie wordt vervolgens in stemming ge bracht en met 12 tegen 20 stemmen verworpen. Voor stemmen: de heren Oomen en Dreef, me vrouw Muntjewerff-van den Hul, de heren Welschen en Crul, mevrouw Elie-van Es, de heer Hendriksen, mevrouw Paulussen, de heren Van de Steenoven, Mar tens en Paquay alsmede mevrouw Stutterheim-Edeling Tegen stemmen: de heren Van Asseldonk, Van Banning, Van den Broek, Van den Wijngaard, Neeb, Suurmeijer, Kammeraat, Van Dun, Sandberg, Van Duijl, Taks, Brooimans, Ten WoldeDe Brouwer, me vrouw Saelman-Boelende heren Eissens, Veelenturf en Koertshuis, mevrouw Van Rooij-van den Heuvel

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 925