954 24 APRIL 1980 bestuur van deze stad geëerd mag worden met de hoogste stedelijke onderscheiding; besluit de heer Hubertus Broeders te begiftigen met de erepenning van de stad Breda Beste Bertus, je hebt gehoord wat in dit voorstel en het besluit staat, een nadere toelich ting lijkt mij overbodig. Ik neem aan dat je je, zoals de Gemeentewet dat voorschrijft, van stem ming wilt onthouden. Breda wil je dankzeggen en biecfc je haar ere burgerschap aan, in de wetenschap dat daarmee jouw verdiensten voor deze stad mogen worden er kend. (applaus) Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders be sloten. De voorzitter biedt de heer Broeders vervol gens de erepenning en de bijbehorende oorkonde aan. De VOORZITTER; Tenslotte geef ik in deze raadsvergadering het woord aan wethouder Broeders. De heer BROEDERS: Mijnheer de voorzitter, dames en heren. U zult begrijpen, dat het voor mij wat moeilijk is voor de laatste keer in een raadsvergadering het woord te voeren. In hetgeen ik naar voren zal brengen zullen ongetwijfeld te kortkomingen en fouten zitten, ik zal mensen over het hoofd zien waarvoor u mij hopelijk zult willen verontschuldigen. Voor mijzelf heb ik wel enkele punten op papier gezet omdat ik anders waarschijn lijk alles zou vergeten, wat uiteraard ook niet de bedoeling is. Allereerst zou ik willen opmerken dat ik op vrijwel dezelfde plaats eindig als waar ik begon nen ben. Ik ben namelijk links achterin deze zaal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 954