989
22 MEI 1980
dat verband moet het natuurlijk mogelijk zijn dat
in overleg tussen het college, de commissie en de
raad prioriteitswijzigingen worden aangebracht.
Een dergelijke mogelijkheid behoort tot de discus
sie die wij met elkaar voeren. Wanneer we weten
welke som geld er op termijn ter beschikking is en
wat we met dat geld willen gaan doen, moeten we
over een voorstel, zeker in eerste instantie,
reëel overleg kunnen plegen.
Over de uitbreiding van de wetenschappelijke
bibliotheek en de lectuur voor buitenlanders meen
ik op dit ogenblik niet zo veel te moeten zeggen.
Ik zal de opmerkingen van de heer Gielen doorspe
len aan de bestuurscommissie, omdat de behartiging
van die belangen juist in hoge mate aan de be
stuurscommissie is gedelegeerd. Mijn verzoek aan
de commissie zal zijn of zij over deze onderwerpen
een korte notitie wil samenstellen, die wij als
een appendix bij de onderhavige bibliotheeknota
kunnen beschouwen.
Over de wijze waarop de werkgroep anderstali
ge kinderen functioneert, kan ik thans niets zeg
gen, evenmin als over het recente bericht aangaan
de de status van steunbibliotheekHet bericht
stond vanmorgen in De Stem en ik moet bekennen dat
ik eigenlijk nog niet veel verder dan de kop ben
gekomen. Ik heb nog geen tijd gehad om het hele
artikel te lezen. Mij is bekend dat Breda ergens
op een kandidatenlijst terecht is gekomen. Zoals
men weet zijn wij in het verleden bepaald niet
rouwig geweest over het feit dat de Bredase bibli
otheek geen steunbibliotheek is geworden, want we
hadden dat toen bepaald niet aangekund. Ik ben van
mening dat de bestuurscommissie met de mankracht
waarover zij beschikt, in eerste instantie een
aanbeveling moet opstellen over de wijze waarop
we eventueel op dit bericht moeten inspelen. Daar
bij zal zich men moeten afvragen welke consequen
ties de aanwijzing tot steunbibliotheek zou heb
ben, of we op het bericht moeten inspelen en, zo
ja, wanneer we dat dan moeten doen en op welke