1003 25 JUNI 1981 en in hoge mate anticiperend op de besluitvorming van de raad, wanneer de bouwkundige situaties van panden ons niet bekend zijn. Dit heeft ons ervan weerhouden ten aanzien van de Korteweg-panden op te treden. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 4. bijlage nr. 169 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT: 1. WIJZIGING VAN BEGROTING ONDERWIJS 1981 2. UITVOEREN VAN DE UIT DE NOTA "EXTRA VOORZIE NINGEN" VOORTVLOEIENDE VOORSTELLEN VOOR DRIE JAREN. (B) Wethouder VAN BANNING: In het voorstel staat dat een aantal leden van de commissie zich tegen het voorstel heeft verklaard dan wel afwezig was dan wel zich van stemming heeft onthouden. Deze mededeling in het voorstel sluit evenwel niet aan op de laatste behandeling van dit voorstel in de commissie. Het resultaat van de commissiebehande ling van 21 mei was dat vier leden zich voor en twee leden zich tegen het voorstel verklaarden, hetgeen iets anders is dan in het voorliggende voorstel is aangegeven. Mevrouw ELIE-VAN ES: Vandaag praten we, pas na maanden, over de structurele bezuiniging die binnen het budgets-onderwijs moet plaatsvinden. Door het geharrewar over deze bezuiniging kan het project "Extra voorzieningen voor het basisonder wijs" pas heel laat van start gaan, iets wat we nu al voor de tweede keer meemaken met een besluit over de stimuleringsgelden. In 1980 hebben we ook pas aan het eind van het jaar over die gelden be slist. Volgens de wethouder zijn er voldoende moge lijkheden binnen de begroting voor onderwijs

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1003