1043
25 JUNI 1981
technische functies zeer zijn ondervertegenwoor
digd. Op papier hebben zij gelijke kansen, maar de
praktijk is anders. Een chefscommissie deed de vo
rige week de aanbeveling om vrouwen voorrang te
verlenen bij de invulling van vacatures. In alle
verkiezingsprogramma's van de grote landelijke
partijen is dit principe ook opgenomen in de één
of andere vorm. Ook het college streeft naar een
vermeerdering van het aantal vrouwen in die func
ties. Aan welke termijnen en percentages denkt u
daarbij? In de praktijk blijkt dit alles moeilijk
te realiseren. Bij sollicitatieprocedures is ge
lijkwaardigheid nauwelijks aan te tonen. Vrouwen
uitnodigende advertentieteksten kunnen succes heb
ben, waarvoor ik verwijs naar de advertenties van
het ministerie van Onderwijs, maar we moeten daar
dan wel achteraan blijven zitten.
Onze fractie wil uw voorstel wel volgen, maar
wij wensen dat er over een jaar een evaluatie
wordt gepleegd. Indien de resultaten blijken tegen
te vallen zullen er scherpe voorstellen moeten
worden gedaan, waarbij wij denken aan een door de
raad vast te stellen streefpercentage, waartoe wij
een motie indienen.
Een ander belangrijk punt, dat samenhangt met
het kansen geven aan vrouwen om ook voor een midr
delbare of hogere functie in aanmerking te kunnen
komen, is de begeleiding van de reeds bij de ger
meente werkende vrouwen, derhalve de loopbaanplan^
ning. Ook op dat punt dienen wij, ter aanvulling
op het rapport, een motie in.
Wij blijven aandacht vragen voor de waarder
ring van typische vrouwen-functies, al realiseren
wij ons dat deze kwestie moeilijk technisch kan
worden uitgewerkt. Toch verzoeken wij het college
heel nadrukkelijk op dit punt attent te blijven en
bij bijvoorbeeld promotievoorstellen extra aandacht
aan dit punt te geven.
De rechtspositionele situatie van vrouwen
wordt door u nog eens grondig bekeken, wat ons
juist lijkt. De groeiende inzichten rond de
