25 JUNI 1981 1062 de eerste werkgroep die voor een speciale catego rie is ingesteld. Zo is er bijvoorbeeld in de af gelopen jaren een heel speciaal beleid ontwikkeld voor oudere werknemers en werknemers die in de W.A.O. gaan. Aan die categorie geven wij extra aandacht en zij heeft zich ook, in het kader van haar prepensioneringscursussen, zelf met beleids aanbevelingen tot het college gericht. Die aanbeve lingen hebben de raad niet bereikt, maar op basis daarvan is er wel het een en ander gebeurd, zodat een categorale benadering dus vaker voorkomt. Op zichzelf kan dat geen ad-hoc-beleid worden genoemd. Mijns inziens is het een heel goede zaak dat wij proberen voldoende aandacht te -geven aan de speci fieke problemen van die groepen. De heer Römkens heeft vervolgens gesteld dat de bestaande overlegstructuren zoals de medezeg genschapscommissie in takt dienen te worden gehou den. Wij doen dat inderdaad en op dat punt bestaan er ook geen problemen; daarover zijn afspraken ge maakt. Alleen in gevallen waarin in m.c.'s geen vrouwen worden afgevaardigd, terwijl het toch voor vrouwen in die situaties van belang is aan allerlei commissies deel te nemen, zal worden geprobeerd te bevorderen dat vrouwen worden afgevaardigd. Wij hebben dat bijvoorbeeld gedaan ten aanzien van de rangordeningscommissie voor de functiewaardering. Voorts heeft de heer Römkens gezegd dat de opfriscursussen ook voor mannen dienen te gelden, maar dat is natuurlijk geen probleem. Als er cur sussen worden georganiseerd zullen uitdrukkelijk vrouwen daarvan kunnen profiteren, maar mannen die in dezelfde situatie verkeren het aantal mannen in die situatie is natuurlijk veel geringerkun nen daarvan natuurlijk meeprofiteren. De heer Paquaij heeft na een aantal inleiden de opmerkingen zijn twijfels naar voren gebracht over het besluit van het college dat onder meer in houdt dat niet alle themagroepen die men wenst in eens moeten starten. Ik wil voor dat besluit twee argumenten naar voren brengen. Er is om een stuk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1062