22 JANUARI 1981 107 moeten worden geacht. Heeft het apparaat er enigs zins zijn gedachten over laten gaan, op welke wijze het een en ander praktisch kan benaderen? Wethouder BROOIMANSHet gaat hier om de ju ridische afwikkeling. Er zullen zich natuurlijk problemen voordoen, maar het lijkt mij vooral van belang dat er goed overleg met het hoogheemraad schap wordt gepleegd. De gemeente en het hoogheem raadschap zullen zich als een "twee-eenheid" over de verwikkelingen moeten buigen. Mochten zich pro blemen in juridische zin, zoals door de heer Ten Wolde bedoeld, voordoen, dan zal mijnerzijds de bereidheid bestaan de commissie te gelegener tijd daarover te informeren. Ik hoop dat dit antwoord voor de heer Ten Wolde voldoende is. De VOORZITTER: Het lijkt mij verstandig de vraag van de heer Ten Wolde nog nader onder ogen te zien en na te gaan welke beantwoording, eventu eel via de commissie, zou moeten worden gegeven. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. (Punt 30 is van de agenda afgevoerd. 31. bijlage nr. 32. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN AANVULLEND KRE DIET VOOR EEN BESTELWAGEN EN EEN SLANGENWAGEN T.B.V. DE AFDELING BRANDWEER VAN HET VERVOER BEDRIJF. (B) 32. bijlage nr. 33. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN KREDIETEN VOOR DE BEDRIJFSVOERING VAN HET ENERGIE- EN WATERBE DRIJF IN 1981(B)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 107