1097 25 JUNI 1981 Op pagina 3 van het voorstel stelt u in de tweede alinea onder ad 3 het volgende"Gegeven de tot op heden opgedane ervaringen met het budgete galisatiefonds en gelet op de verslechterende fi nanciële positie en vooruitzichten van onze gemeen te menen wij voorshands met deze aanpassingen/aan- vullingen van de ter zake bestaande spelregels te moeten volstaan.". Toch krijg ik de indruk, met name uit de volgende zinnen u wilt zelfs komen tot een herschrijving van de mee- en tegenvallers regelingdat uw college voor de toekomst denkt aan een herziene methode voor de budgetverdeling. Ik weet dat het in deze tijden van recessie moei lijk is met de specifieke methode die wij in Breda hanteren werkelijk effectief en goed te werken, hetgeen wij in het verleden reeds meermalen hebben vernomen. Ook hierover ontvangen wij graag duide lijkheid. Al met al is dit een positief voorstel. Ik weet dat met name de voorzitter van de commissie financiën zo prudent is de commissie, die zich zeer intensief met deze kwesties bezighoudt, regel matig te informeren over bijsturingen in dezen. Wethouder VAN BANNING: Enige jaren geleden hebben wij de systematiek van de budgetverdeling bij de gemeente Breda ingevoerd en wij hebben daar mee bijzonder goede ervaringen opgedaan, zij het dat ook aan dit systeem iets bepaalds kleeft, het geen wij met name merken in deze tijd, waarin wij ons ook op financieel gebied op allerlei punten moeten beperken. Dit heeft evenwel ook het voor deel dat wij er meer toe worden gedwongen na te denken over de besteding van de gelden. Op dit mo ment zijn wij niet voornemens op korte termijn tot een herziene methode inzake budgetverdeling te ko men. Ik ben de heer Peeters dankbaar voor zijn po sitieve benadering. De eenmalig besteedbare bedra gen komen in de algemene middelen terecht en dat bij de besteding van algemene middelen een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1097