20 AUGUSTUS 1981 1170 tegen wil stemmen. De VOORZITTER: Ik constateer dat er geen be hoefte bestaat om hierop te reageren, wat overi gens ook niet mogelijk zou zijn. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten, onder aantekening dat mevrouw Saelman-Boelen en de heer De Brouwer geacht willen worden te hebben tegengestemd. 11. bijlage nr. 270 AANBEVELING VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT BENOEMING VAN EEN DIRECTEUR VAN DE BEYERD, CENTRUM VOOR BEELDENDE KUNST. (S) De heer DE BROUWER: De wethouder van cultuur heeft in de commissievergadering toegezegd dat de commissie op enigerlei wijze zou worden betrokken bij de benoemingsselectie voor de toekomstige Bey- erd-directeur. Hij heeft gemeend deze toezegging te moeten honoreren door in een besloten vergade ring van de commissie cultuur de enige feitelijke kandidaat het was niet de enige formele kandi daatvoor het front van die commissie te voeren. Met die kandidaat heeft een gesprek plaatsgevonden en daarmee waren de zaken afgedaan. Wij hebben ge vraagd of de commissie hierbij niet beter had kun nen worden betrokken, waarbij wij het voorstel hebben gedaan om een delegatie van de commissie cultuur op te nemen in de selectiecommissie. Vol gens de wethouder was de mogelijkheid daartoe niet aanwezig, omdat voor dit soort selecties b. en w. een bepaalde procedure hebben vastgesteld waarin hij geen wijziging kon brengen. De selectiecommis sie zou te groot worden wanneer ook nog één of twee leden van de commissie cultuur daaraan zouden deelnemen. Wie schetst onze verbazing toen wij la ter lazen dit staat niet in dit voorsteldat, overigens zeer terecht, het personeel hierbij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1170