27 JANUARI 1981 117 de commissies sociale zaken en economische zaken uit de raad, wij hebben daar, uiteraard gebaseerd op de toen beschikbare gegevens, een verklaring gegeven van hetgeen we tot op dat ogenblik hadden ondernomen. Door de beide commissies werd een con clusie getrokken die ik als volgt meen te kunnen samenvatten: wat het college ook gaat ondernemen, het moet dat in ieder geval trachten te doen in samenwerking met anderen. Bovendien gingen de bei de commissies akkoord unaniem met de eerste stappen die het college inmiddels had ondernomen. Die zelfde dinsdag heeft er ook een uitvoeri ge collegevergadering plaatsgevonden, waarin diep gaand over de materie is beraadslaagd. Drie belang rijke conclusies uit dat overleg wil ik aan de raad voorleggen. In de eerste plaats was, is en blijft het college van mening dat wij met alle ons ten dienste staande middelen actie zullen moeten blijven ondernemen langs de geëigende wegen. In de tweede plaats zouden wijgezien de bestaande situ atiegezamenlijk zoeken naar andere, wellicht nieuwe wegen waarlangs eventueel ook resultaat te bereiken valt. In de derde plaats hebben wij vast gesteld dat wij in ieder geval moesten beginnen te inventariseren wat ons te doen staat. Deze drie collegebesluiten hebben tezamen ge stalte gekregen in een beraad van vele betrokkenen dat donderdag daaraan volgend heeft plaatsgevonden Het gebeurde in het Turfschip en het beraad heeft inmiddels in de wandelgangen de benaming "stuur groep" gekregen. De stuurgroep bestond uit een verzameling betrokkenen; vertegenwoordigers van de ondernemingsraad, de vakbonden F.N.V., Unie B.L.H.P. en C.N.V., het gewestelijk arbeidsbureau, de Kamer van Koophandel, het B.I.C., het stadsge west Breda, de provinciale overheid, de gemeente lijke afdeling economische zaken, de gemeentelijke sociale dienst en de gemeentelijke sociografische dienst, alsmede twee leden van het college. Ik hoop dat ik niemand heb vergeten te noemen. In een twee en een half uur durend beraad met al deze

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 117