1191
20 AUGUSTUS 1981
die tijd zijn wij niet bezig geweest met het rela
tiveren van dit stuk.
Ik wil nu weer teruggaan naar de werkelijk
heid. De heer Van Duijl, de heer Van de Steenoven
en nog anderen hebben mijns inziens terecht opge
merkt dat inhoudelijk over dit onderwerp al genoeg
is gezegd. De opmerking van de heer Van Duijl, na
melijk dat met dit voorstel één van de 86 binnen-
stadsbesluiten wordt uitgevoerd, is niet helemaal
juist. Op een gegeven moment hebben wij namelijk
de besluitvorming op dit punt veranderd, waarbij
wij tot een verplaatsing van de Karnemelkstraat
naar de Oude Vest zijn overgegaan, maar uiteraard
blijft dit een besluit dat de binnenstad betreft.
Ik meen dat in dat kader inhoudelijk is aangege
ven wat er aan de hand was. De raad heeft bij die
gelegenheid gepleit voor nóg meer aanhaking van
openbaar vervoer, waarover met de B.B.A. is ge
sproken.
Bij dit voorstel gaat het om de kredietvote-
ring. Deze kredietvotering vindt plaats op een
moment alle sprekers die dat hebben gezegd heb
ben daarin gelijkwaarop wij dienen te bezuini
gen. Hierdoor is de discussie vreselijk moeilijk
geworden, omdat wij op het snijpunt van verschil
lende aspecten zitten. Terecht wees de heer Gar-
ritsen op de noodzaak van stimulering van het open
baar vervoer, waarmee iedereen het eens is. Verder
is vanuit de raad de opmerking gemaakt dat hier
door de werkgelegenheid, zowel intern als extern,
wordt gestimuleerd, wat eveneens een goede zaak
moet worden genoemd. Anderzijds moet echter worden
vastgesteld dat hiermee veel geld is gemoeid. Er
ligt een plan, een bestek, op basis waarvan subsi
die is aangevraagd. Met het oog daarop en gelet op
het feit dat zowel het openbaar vervoer als de
werkgelegenheid met dit voorstel wordt gestimu
leerd moet mijns inziens tot uitvoering worden be
sloten, waarbij evenwel moet worden bezien dat
ben ik met alle sprekers eensof de kosten wat
zouden kunnen worden verminderd. Wij hopen dat de