22 SEPTEMBER 1981 1309 kanten. Wanneer er een goede financiële onderbou wing zou worden getroffen, zou er ook voor Breda een positieve situatie kunnen ontstaan, maar daar van is geen sprake. Ik ben dan ook van mening dat wij dit soort besluiten niet kunnen nemen. In fei te geven wij nu ten aanzien van de onderhandelin gen met de PNEM onze kaarten uit handen en ik vind derhalve dat in dezen een uitermate slecht beleid wordt gevoerd. De heer KAMMERAAT: Ik zou de heer Garritsen willen voorstellen naast de vele commissies waar in hij al zit ook zitting te nemen in de commissie bedrijven, want veel van de discussies over dit soort onderwerpen die we nu in de raad moeten voeren kunnen dan in die commissie worden afge daan. In de commissie bedrijven is ook dit voor stel uitvoerig aan de orde geweest, waarbij dui delijk is gemaakt dat ook zonder dat de PNEM iets doet deze investering zeer rendabel zal zijn. An ders zou zij ook niet worden gepleegd, want de gemeente Breda zou uiteraard niets hebben aan het plegen van onrendabele investeringen; daarop zit niemand te wachten. De heer Garritsen: Is de heer KAMMERAAT nu voor wethouder aan het spelen. Ik vind het prima dat hij dat doet, maar dan had hij daarvoor wél moeten worden ingehuurd. Aan de andere kant meen ik dat de wethouder beslist voldoende capabel zal moeten zijn om te antwoorden op de vragen die ik heb gesteld en die hoofdpunten in het voorstel betreffen. Ik vind het leuk dat de heer Kamme- raat de wethouder zo veel hulp verleent en ik wil daarnaar ook best luisteren, maar... De VOORZITTER: Wilt u nu uw interruptie af ronden? De heer KAMMERAAT: Dat was helemaal niet mijn bedoeling. Ik voel mij echter aangesproken als de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1309