1336
22 SEPTEMBER 1981
Mijn fractie ondersteunt dan ook de activiteiten
van de commissie heroverweging van uitgaven van
de gemeente. Ik meen dat een heroverweging nood
zakelijk is, gezien de begrotingsproblemen, maar
ook gezien de noodzaak om geld voor nieuw beleid
vrij te maken. Mijns inziens is, vanwege de punten
welke ik zojuist heb genoemd, ook een tariefsver
hoging onvermijdelijk.
Ik wil vervolgens op het tweede toetsingscri
terium van de tariefsverhoging ingaan, namelijk
de vraag of de lasten welke uit de tariefsverho
ging voortvloeien rechtvaardig zijn verdeeld,
waarbij ik een langer verhaal zal moeten houden.
Over de tarieven van leges en dergelijke behoeven
we niet zo lang te praten, want die zijn gebonden
aan de normen die door de minister van Economi
sche Zaken worden gesteld. Die liggen vast en
daaraan moeten wij ons dus conformeren. Daarbij
gaat het ook om een vrij geringe verhoging.
De onroerend-goedbelasting wordt dit jaar
vrij fors verhoogd, namelijk met 9%. Op zichzelf
is die verhoging niet zo onredelijk, want in vo
rige jaren is de verhoging daarvan wat achterge
bleven bij de inflatie. De onroerend-goedbelasting
is de heer Peeters heeft daarover al uitvoerig
gesprokengeen progressieve belasting. De wet
sluit in feite de mogelijkheid om de onroerend-
goedbelasting progressief te heffen uit. Dit heeft
tot gevolg dat de onroerend-goedbelasting verhou
dingsgewijs nogal eens zwaarder drukt op de laagst
betaalden dan op de wat beter gesitueerden in on
ze gemeente. Die laagstbetaalden kregen in het af
gelopen jaar al heel wat zware klappen te verdu
ren, waarbij ik denk aan de huurverhogingen, voor
al die bij de nieuwe woningen waarop met name jon
ge mensen zijn aangewezen, die vaak nog niet zo
veel verdienen. De huren van de nieuwe woningen
zijn al hoog en als daar nog een procentuele huur
verhoging bovenop komt, betekent dat nogal wat.
Ook de energietariefsverhogingen liegen er niet
om. In guldens uitgedrukt zijn die