22 SEPTEMBER 1981
1357
Wethouder BROOIMANS: Je gaat toch niet zo
maar een school neerzetten, die vermoedelijk leeg
zal blijven? Voor zo'n school zal in ieder geval
een bepaalde populatie aanwezig moeten zijn. Hier
voor bestaan regels, waaraan wij ons volledig con
formeren
Mevrouw Elie heeft ook nog gevraagd in hoe
verre de school een buurtfunctie zal kunnen ver
vullen. Het college is bereid daarover met het
schoolbestuur contact op te nemen, waarbij ik er
overigens wel op moet wijzen dat het de eerste ja
ren slechts om een aantal noodlokalen zal gaan.
Wij zullen echter zeker contacten leggen met het
schoolbestuur
De heer Garritsen heeft vervolgens nog een
opmerking gemaakt met betrekking tot het protes
tants-christelijk onderwijs, waarover ik in eerste
instantie al iets heb gezegd. Terecht merkte de
heer Schuring bij interruptie op dat we daarbij te
maken hebben met autonome schoolbesturen. De heer
Garritsen zal begrijpen dat ik daaraan niet kan
tornen. De autonomie van die schoolbesturen is een
heilig goed en zij kunnen zelf bepalen of zij tot
opheffing of stichting van een school kunnen over
gaan; dat is geen taak voor het gemeentebestuur.
De heer GARRITSEN: Het college neemt wel ini
tiatieven om de Prinses Julianaschool daar weg te
krijgen.
Wethouder BROOIMANS: Ik vind dat een onjuiste
opmerking, want wij hebben ons ook aan de regels
welke daaromtrent gelden geconformeerd.
De heer GARRITSEN: Ik wil nog graag een stem
verklaring ten aanzien van de motie afleggen. Ik
zal tegen de motie stemmen, omdat daaraan mijns
inziens iets ontbreekt. Het feit dat het openbaar
onderwijs in een achterstandssituatie zit wordt
namelijk helemaal niet in de overwegingen genoemd.
De motie is zo halfzacht, dat je er in feite geen