136 27 JANUARI 1981 het college ertoe is gekomen vooroverleg over het persbericht met de ondernemingsraad en de bonden te plegen. Ik geloof dat ik wat dat betreft min of meer corrigerend moet optreden: er is geen voor overleg geweest. Door het college is een persbe richt in concept samengesteld. Wij wisten dat de bonden en de ondernemingsraad, de vertegenwoordi gers van de eerst betrokkenen, die bij de Enka werken, op maandagavond van hun kant met een eer ste reactie zouden komen. Tevens hadden wij vanuit die zelfde bonden en vanuit die zelfde onderne mingsraad het signaal dat men het op prijs zou stellen wanneer men over ons voornemen zou worden geïnformeerd, voordat dat naar buiten zou gaan. Welnu, dat heeft plaatsgevonden. Er heeft niet in die zin overleg plaatsgevonden, dat we gezamenlijk een perscommuniqué zouden hebben opgesteld; er is een perscommuniqué opgesteld en we hebben gezamen lijk getoetst of we op dezelfde lijn zaten. Ik vind het tot op heden nog volstrekt verdedigbaar dat er contact is met vertegenwoordigers van de eerst betrokkenen die de wens daartoe te kennen hebben gegeven, alsmede eveneens met vertegenwoor digers van de eerst betrokkenen die er zelf voor hebben gepleit dat er vooroverleg zou worden ge pleegd in die zin dat de verklaringen in ieder ge val wat dat betreft niet zouden botsen. De heer Eissens heeft ons verder verweten dat wij geen pogingen hebben gedaan nadere informatie bij de Raad van Bestuur te krijgen. Naar zijn zeg gen slaan wij op de trom, maar doen wij geen stap pen rechtstreeks in de richting van de Raad van Bestuur. Ook hier moet ik een correctie aanbrengen het is niet zo dat er een gesprek van 35 minuten zou zijn geweest waarbij informatie zou zijn over handigd. In mijn verklaring heeft men kunnen horen dat wij donderdag in een 35 minuten durend onder houd volkomen werden verrast door de aard van de mededelingen, dat een en ander niet gepaard ging met schriftelijke informatie, maar dat wij de schriftelijke informatie nu één week en één dag in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 136