15 QKTOBER 1981
1404
akkoord meenden te kunnen gaan. In onze discussie
is echter ook datgene naar voren gekomen waarover
ik aan het begin van mijn speech sprak. Wij menen
dat wij, ondanks onze principiële stellingname
in dit geval toch één oog dicht zouden moeten doen
Daar wij de sociaal-culturele emancipatie van min
derheidsgroepen willen bevorderen zou het toch
goed zijn een subsidie te geven voor de stichting
van een moskee, teneinde daardoor de sociaal-cul
turele emancipatie een start te doen maken, dit
dan vanuit de sociaal-culturele opvattingen van de
groep zelf en niet vanuit onze eigen opvattingen
over hetgeen religie aan positiefs of negatiefs
kan inhouden, noch vanuit de opvattingen zoals die
in de Westerse maatschappij heersen ten aanzien
van discriminatie van mannen en vrouwen. Overigens
zou over de opvattingen zoals die onze maatschap
pij ten aanzien van dat laatste punt bestaan ook
wel een hartig woordje zijn te spreken. Misschien
lijkt de discriminatie op dat vlak hier wat sub
tieler te zijn dan in andere culturen, maar in
feite is zij even hard.
U stelt voor dit voorstel te financieren uit
de post ontwikkelingssamenwerking. Ook daarover
zijn binnen onze fractie hartige woordjes gevallen
Er is gezegd dat de stichting van een moskee geen
bevrijding op economisch en sociaal gebied van de
mensen in de Derde Wereld bewerkstelligt en dat
daarom die post hiervoor niet moet worden aange
sproken, maar door anderen, onder wie ook ik, zijn
van mening dat het belang en de emancipatie van de
minderheidsgroepen in Nederland zo belangrijk zijn
dat de post ontwikkelingssamenwerking ook hiervoor
dient te worden aangewend. Met name in de periode
waarin de voorvorige minister van Ontwikkelings
samenwerking, de heer Pronk, nog in het zadel zat,
heeft de opvatting gestalte gekregen dat de Derde
Wereld vlak bij huis, hier in Nederland, al begint
Ik kan u zeggen dat onze fractie, ondanks
een aantal principiële bezwaren, toch met dit
voorstel akkoord kan gaan. Nadrukkelijk wil ik