15 oktober ïyyi 1408 ontwikkelingssamenwerking moeten verstaan. Ik ben het eens met degenen die stellen dat in dezen een nogal pragmatische oplossing is gevonden. In de genoemde nota staat dat bij ontwikkelingssamenwer king ook kan worden gedacht aan het ontwikkelen van activiteiten en mogelijkheden, die tot kennis nemen van andere culturen en bewustwording daarvan kunnen leiden. Op dit moment is er geen sorake van een principiële stellingname. Op grond van bepaal de opvattingen over mondiale bewustwording en be wustwording van culturen over onze grenzen wensen wij deze subsidie beschikbaar te stellen. Daarom hebben wij u dus voorgesteld een gedeelte daarvan uit de post ontwikkelingssamenwerking te halen temeer daar de moskee-werkgroep ons heeft meege deeld dat er nu iets van de grond moet komen, om dat anders het geld dat door de mensen zelf en door het brede particulier initiatief bijeen is gebracht moet worden teruggegeven. Tenslotte wijs ik nogmaals op de uitdrukkelijke verantwoordelijk heid van de Nederlandse samenleving om een bijdxu- ge te verlenen aan het behoud van de eigen identi teit, en de cultuur van deze mensen, waarin hun godsdienst een zeer belangrijke plaats inneemt. De heer GARRITSEN: Ik wil op twee punten uit het betoog van de wethouder even ingaan, waarbij ik mij tevens wil richten tot de heer Oomen. De heer Oomen heeft gesteld dat de moskee op het eerste gezicht alleen een religieuze functie heeft, maar dat aan een moskee meerdere functies kunnen worden toegekend. Mijns inziens is dat onjuist, want het gaat daarbij principieel om de religieu ze functie, aangezien voor de andere functies in Breda een centrum voor buitenlanders aanwezig is. Wij moeten deze zaak op de juiste wijze blijven benaderen, zoals trouwens ook in het preadvies is aangegeven De wethouder heeft iets gezegd waarvan ik een beetje ben geschrokken. In feite stelde zij dat wanneer wij nu deze subsidie niet verlenen de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1408