1414 15 OKTOBER 1981 ook terecht, want uiteindelijk moet de school met gemeenschapsgelden worden gesticht, reden waarom men ook van ministeriële zijde niet over één nacht ijs gaat. Voor wat betreft de accommodatie moet worden gesproken van een noodsituatie en zoals het er nu naar uitziet zullen we misschien nog maar half op weg zijn. U kunt daar weliswaar niets aan doen, maar niettemin wil ik namens mijn fractie een ver zoek in uw richting doen. Naar ik aanneem zal deze aanvrage eerst naar het ministerie gaan, waarna hij weer terugkomt bij de gemeente. De gemeente zal vervolgens het krediet moeten voteren en de aanvrage aan de provincie voorleggen. Voor deze procedure gelden bepaalde afspraken en termijnen, welke termijnen evenwel nogal lang zijn; er wordt gesproken over drie tot zes a acht maandenGe zien de huisvestingsnood van deze school wil ik het college verzoeken enige druk op de ketel te houden en wat vaker bij het ministerie aan de bel te hangen, opdat wellicht de termijnen wat korter zullen uitvallen. Wij zullen het erg op prijs stellen als dat gebeurt, want als het allemaal erg lang gaat duren moet misschien de plaatsing van noodlokalen worden overwogen, wat een dure ge schiedenis zou worden. Wethouder SANDBERG: Dit probleem is bekend en vanmorgen heb ik het nog uitvoerig besproken met de staf van onderwijs. Inderdaad mag de situatie daar best worden gekenschetst als een noodsituatie. De mannen van onderwijs hebben mij verzekerd dat zijwanneer de raad vanavond met dit voorstel akkoord gaat, morgen in de touwen zullen klimmen om samen met het bestuur te trachten de procedure zo kort mogelijk te doen zijn. Ik durf mij thans niet te binden aan een termijn van drie, zes of acht maanden, want het verkrijgen van toestemming van de rijksoverheid is in dezen een essentiële voorwaarde. Wij kunnen al het mogelijke doen om te trachten het proces zo spoedig mogelijk te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1414