15 OKTOBER 1981 1454 De heer TAKSBetekent dit dan dat de P.v.d.A.-fractie tegen dit voorstel is? De heer OOMEN: Wij maken een voorbehoud, om dat wij eerst willen afwachten wat op tafel wordt gelegd De heer TAKS: Dit is toch wel zo wezenlijk voor het beleid en het werk van de HUG-commissie dat een voorbehoud in dezen in wezen een afwijzen van het voorstel betekent. Er zijn toetsingscrite ria ontworpen waarbij een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen twee van de hoofdelementen van beleid, waarbij wonen en werken duidelijk pre valeren boven welzijn en milieu. Die twee laatste wegen uiteraard weer zwaarder dan al de andere as pecten, maar binnen de vier wegen de twee eerstge noemde zwaarder dan milieu en welzijn. Ik heb dus terecht gewezen op een probleem. Dat dergelijke beslissingen in de verkiezingstijd erg moeilijk zullen worden genomen, is mijns inziens al duide lijk geworden uit de woorden die de heer Oomen zo juist heeft gesproken. Ik meen dat in het politieke gemeentebos, in de politieke boswachterij van Breda, waarover de plaatselijke pers onlangs zo typerend en beeldend sprak, heel wat holle en hoge bomen het nog zwaar te verduren zullen krijgen. Het kan niet anders of alle in het college vertegenwoordigde partijen zullen dierbare stokpaarden voorgoed op stal moe ten zetten. Dat betekent dat de collegialiteit binnen het college zwaar op de proef zal worden gesteld. Wij willen niet de oprechtheid van de in dividuele collegeleden in twijfel trekken, maar gezien de ervaringen van de voorbije jaren zijn wij uiterst sceptisch ten aanzien van de mogelijk heid dat de leden van het college tot een gezamen lijk standpunt omtrent het heroverwegingsplan zul len komen. De naderende verkiezingen zullen daar bij, zoals gezegd, nauwelijks

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1454