28 OKTOBER 1981
1522
met de minister zal zijn.
Vervolgens wordt motie 8die een onderhouds
dienst bij de dienst openbare werken per 1 febru
ari 1982 betreft, door het college unaniem ontra
den, dit op basis van twee motieven, in de eerste
plaats vanwege de onhaalbaarheid van de datum 1 fe
bruari 1982 en in de tweede plaats in verband met
een motie die indertijd door de Partij van de Ar
beid is ingediend. Naar aanleiding van die motie
is een studie inzake een onderhoudsdienst toege
zegd.
De heer GARRITSEN: Ik begrijp dat de datum
van 1 februari 1982 niet haalbaar is, maar kunt u
mij toezeggen óf nü óf in de begrotingsbehandeling
hierover wat meer duidelijkheid kan worden gegeven
Wethouder VAN DUNU hebt er recht op op een
bepaald moment te horen wanneer het resultaat van
die studie u zal bereiken, maar het is natuurlijk
vers 2 of dat resultaat zal leiden tot de oprich
ting van een onderhoudsdienst. Bij de begrotings
behandeling wil ik de raad hierover nader informe
ren.
Aanvaarding van motie 9, handelend over in
voering van de Woonruimtewet 1947, wordt door het
hele college ontraden.
Ten aanzien van motie 10, die spreekt over de
mocratisering van het gemeentelijk woningbedrijf,
stelt het college dat het aanvaarding daarvan even
eens wil ontraden, onder de argumentatie dat wij
die democratisering nooit binnen de genoemde ter
mijn kunnen realiseren. Bovendien wil ik de heer
Garritsen uitnodigen hierop terug te komen naar
rato van de beantwoording van de daarover gestelde
vragen in het vraag- en antwoordboek bij de begro
ting 1982. Om praktische redenen wil het college
unaniem aanvaarding van de motie ontraden.
Tenslotte kom ik bij motie 11, waarin wordt
aangedrongen op een onderzoek naar onderzoeken.
Het college wil gaarne de raad aanvaarding van