12 FEBRUARI 1981 154 kritisch wordt gevolgd, niet zonder meer van sub sidie mogen worden uitgesloten. Dit houdt naar mijn mening niet in, dat ook politieke manifesta ties, waarop culturele activiteiten een ondersteu nende functie vervullen, voor financiële medewer king van gemeentewege in aanmerking komen. Voor politieke propaganda, ongeacht de inhoud van de boodschap, zijn op de begroting geen middelen ge raamd. Het lijkt mij onwaarschijnlijk, dat U van opvat ting zou zijn, dat het begrip cultuur zo ruim moet worden verstaan dat daaronder ook politieke propa ganda kan worden begrepen. Verduidelijking van Uw standpunt dienaangaande lijkt mij daarom geboden. 2.1. Deelt U mijn oordeel, dat de aan het Anti- Taptoe Komitee verleende subsidie ten laste is gebracht van een begrotingspost, waarmee de uitgave niet overeenstemt? 2.2. Indien vraag 2.1. bevestigend wordt beant woord, ten laste van welke begrotingspost zal de subsidie dan worden gebracht? 2.3. Indien een begrotingspost, waarmee de subsi die overeenstemt, ontbreekt, welke maatrege len bent U dan voornemens te treffen tot her stel van de onrechtmatig gedane uitgave? Toelichting op de vragen 2.1 t/m 2.3: In antwoord op mijn vraag 5 is opgemerkt, dat de subsidie aan het Anti-Taptoe Komitee ten laste is gebracht van begrotingspost nr. 10.076, waarop ook de subsidie van de Stichting Nationale Taptoe Bre da is geraamd. Op deze begrotingspost is volgens de omschrijving van de uitgave uitsluitend de vaste jaarlijkse sub sidie aan de Stichting Nationale Taptoe Breda op genomen, waartoe de raad op 12 mei 1977 heeft be sloten. Het is zeker niet de bedoeling van de raad

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 154