157
12 FEBRUARI 1981
Bovendien zijn de klassen van dezelfde basisschool
in verschillende panden gehuisvest.
Zonder op verdere details van genoemde brief in te
gaan willen wij U de volgende vragen ex art. 40
van de Reglement van Orde stellen:
1. Is het juist dat op 28 februari 1979 een gesprek
heeft plaatsgevonden tussen vertegenwoordigers
van het schoolbestuur, de gemeente Breda en de
inspecteur voor het lager onderwijs?
2. Heeft de gemeente zich bij die gelegenheid in
principe bereid verklaard te bevorderen dat
aan de slechte huisvestingssituatie van de ge
noemde scholen een eind wordt gemaakt?
3. Welke stappen zijn sindsdien gezet om dit voor
nemen uit te voeren?
4. Welke belemmeringen zijn er de oorzaak van dat
er nog steeds geen concrete maatregelen zijn
getroffen?
5. Op welke termijn kunnen we die maatregelen te
gemoet zien?
ANTWOORD
ad 1
antwoord kan worden bevestigd.
ad 2
In eerder overleg met het schoolbestuur heeft de
gemeente reeds de bereidheid uitgesproken te wil
len bevorderen dat voor de genoemde scholen buiten
het complex Oranjeboomstraat/Havermansstraat een
betere huisvesting zal worden gevonden.
Deze betere huisvesting zou daarbij kunnen worden
gevonden door aan het schoolbestuur het gebouw van
de voormalige ulo-school Havermansstraat 4 aan te
bieden. Voor de huisvesting van de beide scholen