12 NOVEMBER 1981 1619 Bij de huidige stand van zaken is het van het grootste belang dat er snel wordt beslist. Ik haak hierbij in op een eerder gedane uitspraak van de raad, inhoudende dat de kwestie in deze raadsver gadering aan de orde zou moeten komen. Uiteraard betrek ik deze uitspraak in de beschouwing, wan neer ik zeg dat ik persoonlijk liever uitstel van de behandeling met een maand had gezien. De frac ties van C.D.A. en P.v.d.A. hebben zich vóór die snelle beslissing uitgesproken en ook de fractie van de V.V.D. onttrekt zich niet aan haar verant woordelijkheden en is bereid in deze kwestie ook de materiële belangen af te wegen en dat af te zetten tegen de "toestanden" die zullen ontstaan wanneer de beslissing op termijn wordt gesteld. Daar komt nog een aspect bijHoewel onze fractie omtrent de gepretendeerde werking van het voorstel blijft twijfelen, vinden wij dat het voorstel zo als het er ligt ons het recht geeft daar te zij ner tijd op terug te komen. De positieve beslis sing die onze fractie zal nemen, zal geen enkele prejudiciërende werking hebben ten aanzien van het in de toekomst in te nemen standpunt. De problema tiek wordt overigens doorkruist door aspecten die ook in andere hoofdstukken terugkomen. Ik geef een nogal algemene benadering en ik vind dat, wanneer het preadvies uit pragmatische overwegingen nu worde aanvaard, deze beslissing straks niet moet worden tegengeworpen als een soort principe-uit spraak op basis waarvan men in de toekomst zaken kan afdoen. Als dat zou gebeuren, zou ik er ern stig tegen protesteren en ik vraag akte van het hier door mij gemaakte voorbehoud. De heer GARRITSEN: Ik kan mij in dezen voor een heel groot gedeelte bij het betoog van de V.V.D.-fractie aansluiten. Het heeft mij verheugd dat er punten naar voren zijn gekomen waarvan in het verleden nooit is gebleken. De V.V.D.-fractie vraagt zich af of het niet beter is de behande ling van het nu uitgebrachte preadvies uit te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1619