12 NQVEMBER 1981
1639
geval nu duidelijk gebleken dat we in het spel
waarbij we allen betrokken zijn, nadere gedragsaf
spraken moeten maken. Als dat niet gebeurt is het
niet verantwoord in bepaalde situaties de raad
voor te stellen beslissingen te nemen waarbij wo
ningbouwcorporaties betrokken zijn. Overigens wil
ik nog iets zeggen dat ik moeilijk kan verbalise
ren. De heer Ten Wolde sprak over "de woningbouw
verenigingen" ik pleit ervoor in onze beschouwing
van de Breda woningbouwverenigingen naar eigen
zicht en wetenschap een bepaalde nuance aan te
brengen
De heer Garritsen heeft gevraagd wanneer het
college op de hoogte was. Ik kan hem daar vrij ex
act op antwoorden. Wat de problemen in verband met
de jaarstukken betreft: wij hebben die problemen
eigenlijk zelf in het leven geroepen, omdat wij
met de jaarstukken die Sint Laurentius ons over de
jaren 1978 en 1979 deed toekomen niet uit de voe
ten konden. Wij hebben toen met Sint Laurentius
gecorrespondeerd, met het verzoek de stukken zó in
te richten dat wij onze taakstelling in het kader
van advisering van het departement waar konden ma
ken. Sint Laurentius heeft zich daar niet in ge
voegd en nadat wij ons tot het departement hadden
gericht, heeft de minister het standpunt van Breda
onderschreven en Sint Laurentius opdracht gegeven
inzichtelijker jaarstukken te fabriceren. Deze
kwestie was bij het college aan de orde in augus
tus. Wat de schorsing van het hoofd van de techni
sche dienst betreft: op 17 september 1981 zijn wij
daarvan door de woningbouwvereniging Sint Lauren
tius in kennis gesteld. Over de bezetting van het
•pand en de escalatie van de laatste tijd zijn wij
afgelopen zondagavond te omstreeks tien voor zeven
geïnformeerd
De volgende vraag van de heer Garritsen had
betrekking op de wijziging van de statuten. Mag ik
het flauw zeggen? Hoewel het onze verantwoorde
lijkheid niet is, hoop ik dat het interimbestuur
van Sint Laurentius zich de moeite getroost zich
