1640 12 NOVEMBER 1981 wat de statuten betreft te spiegelen aan de Alge mene Woningbouwvereniging. Bij laatstgenoemde ver eniging vinden we een voorbeeld van de redelijk democratische wijze waarop woningbouwverenigingen kunnen functioneren. Hetzelfde bedoelde ik trou wens met mijn opmerking over nuancering. Het moeilijkste punt in deze discussie is het onderzoek. Laten we geen misverstanden laten be staan en de verantwoordelijkheden leggen waar ze thuis horen. Ik kreeg even de indruk dat de onder zoekssituatie van de zijde van de heer Garritsen in relatie wordt gebracht met zes projecten. We moeten wat betreft het een en ander uit elkaar houden. Ten aanzien van zes projecten vergt de voortgang van de volkshuisvesting besluitvorming van Sint Laurentius en dat is door ons op tafel gelegd in het kader van ons verzoek aan de minis ter. Anderzijds wijs ik de heer Garritsen erop dat er naar mijn mening wij zijn niet bevoegd, te onderzoeken sprake is van diverse onderzoeks situaties 1. Een justitieel onderzoek, in opdracht van de officier van justitie uit te voeren door de po litie Breda. Dit onderzoek staat buiten onze be voegdheid en wij weten er nauwelijks iets van, ten zij medewerkers uit mijn omgeving door de politie zijn gehoord, maar dan weet ik alleen dat dat is gebeurd. Tot op heden is het niet gebeurd. 2. Naar mijn mening is er door de nationale woningraad een intern onderzoek ingesteld. Ik ba seer mij daarbij op uitspraken die de directeur van de nationale woningraad zondagavond heeft ge daan en die maandagochtend in de krant zijn ver schenen. Deze uitspraken hadden betrekking op steekpenningen ten bedrage van tienduizenden gul dens, waarbij twee functionarissen betrokken zou den zijn. Wat de heer Van Velzen daarover heeft gezegd, komt voor zijn verantwoordelijkheid. Ik neem in ieder geval aan dat hij zich op een eigen onderzoek baseert. 3. Er zal een onderzoek worden ingesteld door

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1640