1656
12 NOVEMBER 1981
moeten voortzetten. Er zijn nauwelijks andere
vragen gesteld en ik denk dat ik het hele verhaal
van de heer Van Asseldonk gewoon maar laat voor
wat het is. Dan heeft het de meeste waarde.
De heer VAN ASSELDONK: Ik heb geen behoefte
aan een rapport. Ik vind dat de wethouder verant
woordelijk is en ik heb geen rapport nodig over
de vraag, waar het stuk is blijven hangen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna con
form het voorstel van burgemeester en wethou
ders besloten.
Gecombineerd worden aan de orde gesteld:
20. ONDERZOEK VAN DE GELOOFSBRIEF, INGEZONDEN
DOOR D.A. HENDRICKS, BENOEMD TOT LID VAN DE
GEMEENTERAAD VAN BREDA. (M)
21. ONDERZOEK VAN DE GELOOFSBRIEF, INGEZONDEN
DOOR C. DEK, BENOEMD TOT LID VAN DE GEMEEN
TERAAD VAN BREDA. (M)
30. ONDERZOEK VAN DE GELOOFSBRIEF, INGEZONDEN
DOOR MEVROUW C. PELLIS, BENOEMD TOT LID VAN
DE GEMEENTERAAD VAN BREDA. (M)
De VOORZITTER: Ik verzoek de voorzitter van
de commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven
over de drie geloofsbrieven achtereenvolgens ver
slag uit te brengen.
De heer VAN DEN WIJNGAARD: Aangaande de heer
C. Dek: de commissie adviseert tot toelating als
lid van de gemeenteraad. Aangaande de heer D.A.
Hendricks: de commissie adviseert tot toelating
als lid van de gemeenteraad. Aangaande mevrouw C.
Pellis: de commissie adviseert tot toelating als
lid van de gemeenteraad.
Vervolgens heb ik nog een kleine opmerking.
Wij danken het college voor de aanvullende agenda