17 NOVEMBER 1981 1689
n
Dezelfde vraag is in de commissievergadering aan
de heer Van Dun gesteld. Ik wijs er op dat wij
hier juist te maken hebben met de realiteit, dat
de grote aantallen bezwaren zeer verschillend en
sterk individueel gericht zijn; dat hebben we in
de nota kunnen lezen.
De heer GARRITSENDat is pertinent onjuist.
d
n
De heer TEN WOLDE: Ze zijn nogal verschillend
gericht.
st
re
De heer GARRITSEN: Weet u hoeveel bezwaren
exact hetzelfde zijn?
Lt
m-
iar
n
De heer TEN WOLDE: Laat u mij nu even uit
spreken. Ik wil voorts constateren dat de relatie
tussen de dienst en het buitengebeuren blijkbaar
niet zo gladjes verloopt, waarbij ik er echter
met nadruk op wijs dat het proces om de drommel
niet eenvoudig is. De heer Garritsen wekt de in
druk, alsof het vanuit de dienst bewust verkeerd
zou worden gespeeld, maar dat betwijfel ik.
ge
De heer GARRITSEN: Dat zeg ik helemaal niet!
U weet blijkbaar helemaal niet wat ik heb gezegd.
.n
1 n
De heer TEN WOLDE: U hebt te kennen gegeven
dat de relaties van de diensten met het buitenge
beuren niet op de juiste wijze zouden plaatsvin
den en dat er geen goed beleid zou worden gevoerd.
De heer GARRITSEN: U wilt mij iets in de
schoenen schuiven dat ik pertinent niet heb ge
zegd!
:ot
De heer TEN WOLDE: Dan moet u mij eens pre
cies vertellen wat u dan wél onder het beleid
verstaat, zonder alleen maar te constateren dat
er geen beleid is geweest.