1704
17 NOVEMBER 1981
fractieleden, die zitting hebben in de commissies
waarin "welzijnswerk aan de winkel" aan de orde
is, waarna ik er in december a.s. in de raad nog
eens op zal terugkomen.
De heer TEN WOLDE: Dat regel ik zelf wel.
Wethouder PAULUSSEN: Ik had anders best voor
u willen bemiddelen.
Al werkend zullen wij een en ander -nogmaals-
op elkaar moeten afstemmen en ik vind het een goe
de zaak -waarbij het mij verheugt dat de grote
fracties het daarmee eens zijn- dat wij dit onder
deel op deze wijze regelen.
Vanwege de slechte financiële situatie kan de
intensivering van het opbouwwerk niet alleen ge
schieden door uitbreiding, doch zal dit ook door
middel van herschikking moeten gebeuren. Er zullen
prioriteiten binnen het opbouwwerk gesteld moeten
worden, rekening houdend met de uitspraak in het
beleidsplan dat stadsvernieuwing de hoogste prio
riteit heeft. Ik ben bijzonder blij te mogen con
stateren dat BBOB en IMW op grond van het voren-
gaande in principe tot herschikking bereid zijn,
hetgeen men in de betreffende brief heeft kunnen
lezen. De "groene brief" is mijns inziens helemaal
niet in overeenstemming met de brief d.d. 9 novem
ber j.l., maar dat kan wellicht in een derde ge
sprek worden verduidelijkt. In de brief van 9 no
vember heeft men principiële bereidheid tot her
schikking uitgesproken, ook omdat men zelf in het
beleidsplan heeft gesteld dat een aantal zaken be
leidsmatig op elkaar moet worden afgestemd. Om be
doelde herschikking van het opbouwwerk in de bin
nenstad, die samenhangt met voorzieningen voor het
sociaal-cultureel werk in Chassé/Oud-Boeimeerin
overleg met bewonersgroepen en binnen de eigen be
leidsplannen nog beter mogelijk te maken, hebben
wij de raad voorgesteld dat per 1 juli 1982 duide
lijkheid moet bestaan met betrekking tot de vraag,
hoe de herschikking gerealiseerd kan worden binnen