1710 17 NOVEMBER 1981 ons dan ook volstrekt vinden in de afwijzing van de motie door de meerderheid -helaas- van het college. De heer VAN DE STEENOVEN: Waaruit bestaan die tegenstrijdigheden in onze motie dan? De heer TEN WOLDE: U stelt dat het gebied Achter de Lange Stallen een belangrijk onderdeel van de hele binnenstad vormt, maar mijns inziens moet u dan alle functies van de binnenstad opne men en niet eenzijdig de parkeergarage wegschrap pen. Het gaat om een totaal gebeuren en dat is nu juist de kernproblematiek in de realisatie van het bestemmingsplan. Wij vinden het tegenstrijdig dat u op voorhand bepaalde dingen uitsluit. Wat de motie over het Beijerd/Vlaszak-gebied betreft het volgende. De parkeergarage is daar niet voor niets gepland en als wij nu niet tot realisering daarvan zouden besluiten, levert dat ernstige vertraging op in de bouw van de wooneen heden die wij juist zo graag in de binnenstad willen hebben. Dit moet toch een belangrijk argu ment voor de PvdA.zijn. Nader onderzoek geeft al leen maar aanleiding tot méér vertraging en houdt bovendien geen enkel verband met de bestemming van de parkeergarage als zodanig, die vastligt. De Spoorbuurt-motie betekent inderdaad het intrappen van een open deur en het verbaast mij dan ook dat de meerderheid van het college een dergelijke motie zo maar overneemt; daarmee wordt mijns inziens de waardigheid van de raad aange tast. Ik zou liever hebben gezien dat het college de motie als overbodig beschouwde en derhalve niet had overgenomen. De situatie in de Spoorbuurt is vrij duidelijk en de wethouder heeft gezegd dat hijals hij nog een mogelijkheid ziet om het LPG-station te verplaatsen, dit zal doen. Op grond van deze toezegging van het college verzoek ik de PvdA nadrukkelijk deze motie in te trekken. Het is mijns inziens een jammerlijke ontwikkeling dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1710