1738 14 DECEMBER 1981 bijzonder aandacht voor de positie van de vrouw. Ten tweede: de 15 miljoen die wij uit de algemene reserve hebben afgezonderd voor het wonen houdt in dat de gemeente bij tal van projecten als opdrachtgever en als investeerder optreedt. In dit kader willen wij wijzen op het belang dat wij als C.D.A.-fractie hechten aan leerlingbouwplaatsen. Wat kan en wil het college doen om deze te bevor deren? Uit vergelijking is komen vast te staan dat Breda in dit opzicht ongunstig afsteekt ten op zichte van de omliggende gemeenten. Wat kan hier aan verbeterd worden? Als gemeentebestuur zijn wij ook geroepen zo gunstig mogelijke condities te scheppen voor de werkgelegenheid; denk bijvoorbeeld aan terreinen. Je kunt je daarbij afvragen of wij niet naar schaalvergroting toe moeten. Vindt u dat de BOC functioneert zoals indertijd bedoeld is of, beter gezegd, zoals zij moet functioneren? We zijn verheugd, dat het provinciaal bestuur onze behoefte aan bedrijfsterreinen via het streek plan West-Brabant positief heeft vertaald met de aanwijzing van het bedrijventerrein Bavel-Dorst. De ruimtelijke-ordeningstoeslag ambtelijk zou deze toeslag toch eigenlijk niet met "ROT" moeten worden vertaald geldt op dit ogenblik echter al leen voor Breda. Op de industriedag hoorden wij dat u met het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening in onderhandeling bent om de ze toeslag niet alleen tot Breda te beperken, maar hierbij ook de randgemeenten te betrekken. Mogen wij heel exact van u vernemen hoever u inmiddels gevorderd bent? Duidelijk is ook dat wij in Den Haag krachtig aan de bel moeten trekken om de investeringspre mieregeling I.P.R. die op dit ogenblik al leen voor de groeisteden Groningen en Helmond geldt, ook voor Breda van toepassing te krijgen. Helaas is in de loop van de laatste jaren nog wel in een versnellend tempo veel werkgele genheid weggevallen; ik zal nu met één

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1738