14 DECEMBER 1981 1785 initiatieven van de bewoners, zoals het stimuleren van buren- en vriendenhulp en het gebruik maken van de gouden handen die vaak juist in deze wijken aanwezig zijn. Door deze eigen inzet zou het woon genot eveneens kunnen toenemen terwijl er van min der inspanning van de zijde van de gemeente sprake zou kunnen zijn. Tot slot van het onderdeel wonen kan niet ge noeg worden herhaald, dat de taak van Breda als groeistad door de rijksoverheid blijvend moet wor den onderschreven en dat bij die taakopdracht be horende structurele kosten ook door de rijksover heid moeten worden gedragen. Het met de minister van Volkshuisvesting, de heer Van Dam, gevoerde gesprek was een goed initiatief. Dat gesprek moet worden voortgezet opdat wij in de toekomst de mid delen voor een echte aanpak van de stadsvernieu wing ter beschikking zullen krijgen. Op het gebied van de werkgelegenheid is het ook voor Breda een onrustig jaar geweest. Het jaar begon met de Enka-problematiek en het eindigt met de accijnsverhogingen op frisdranken en bier, met mogelijk zware consequenties voor de werkgelegen heid in deze stad. Wat dat laatste betreft lijkt het, dat het beleid van de landelijke regering wel haast haaks staat op de ontwikkelingen in de ze stad. Reeds het vorig jaar hebben wij melding ge maakt van het feit, dat het absolute aantal werk lozen in de regio West-Brabant aanzienlijk hoger ligt dan in Limburg en Groningen. De huidige mi nister van economische zaken geeft de laatste ge bieden wederom voorrang. Nogmaals: absolute cij fers zijn belangrijk. Het college zal deze proble matiek indringend bij de overheid aan de orde moe ten stellen. Het college zal er ook zeer alert op moeten zijn hoe bepaalde regeringsmaatregelen hier lokaal uitwerken en bij eventuele negatieve constateringen samen met de plaatselijke industrie moeten optrekken om er uit te halen wat erin zit. Een nauwe band tussen lokale bedrijven en de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1785