185 12 FEBRUARI 1981 van de commissie algemene zaken, waarbij men de inspraak niet heeft genoemd. Ik zou daarop graag even de aandacht vestigen. De heer TAKS: In de vergadering van 12 janu ari heb ik al medegedeeld dat de door de heer Oo- men ingediende amendementen die beogen het doen vervallen van de eis van mede-ondertekening of on dersteuning voor het indienen van een initiatief voorstel, een voorstel van orde, een motie en een amendement, voor de V.V.D.-fractie niet aanvaard baar zijn, op grond van dezelfde overwegingen als gegeven door het college in de toelichting op ar tikel 15. De functie van de raad is besluiten, niet getuigen. Wij zullen dan ook tegen de amende menten 2, 3, 4 en 5 stemmen. De door mevrouw Saelman ingediende motie nr. 2, die nu met het nummer 10 is gesierd, heeft de zelfde strekking als bovengenoemde amendementen en is dus eveneens voor ons niet aanvaardbaar. Met betrekking tot het amendement nr. 6 van de heer Oomen (toezending commissieverslagen) heb ik al uiteengezet waarom de V.V.D.-fractie daaraan geen behoefte heeft. Het amendement nr. 8, ingediend door heer Van Duijl, tot wijziging van artikel 82 was naar onze mening in de vorm waarin het is ingediend niet ge schikt om in de tekst van het reglement te worden opgenomen. Inmiddels is de redactie van het amen dement gewijzigd, zodat ons bezwaar is komen te vervallen en wij vóór het amendement kunnen stem men. Amendement nr. 12 van mevrouw Saelman beoogt dat de bij de rondvraag tijdens de vergaderingen van raad en commissie gestelde vragen voortaan als regel mondeling en bij uitzondering schriftelijk moeten worden beantwoord. Ook wij zijn van mening dat de beantwoording van deze vragen soms lang op zich laat wachten en dat de kwaliteit van de ant^ woorden ook nogal eens te wensen overlaat, maar van de voorgestelde wijziging is naar onze mening

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 185