16 DECEMBER 1981
1867
erom hoe je het wonen en het werken beleeft.
Bij toetsing aan het programakkoord de
heer Crul heeft zich even met die toetsing bezig
gehouden kom je tot de conclusie dat je daarmee
eigenlijk niet of nauwelijks uit de voeten kunt.
In het programakkoord was sprake van zorg voor vol
ledige werkgelegenheid, maar we zullen het er,
denk ik, over eens zijn dat volledige werkgelegen
heid tegen de achtergrond van de huidige sociaal-
economische ontwikkelingen nauwelijks meer een re
aliteit is. Je kunt ernaar streven en wellicht kun
je een eind in de richting komen, maar het zou van
utopisch denken getuigen, te menen dat je dit doel
geheel zou kunnen bereiken.
Er stond verder in het programakkoord dat er
moest worden gekomen tot een stedelijke overleg
structuur. Welnu, de adviesraad voor de werkgele
genheid is gerealiseerd; op zijn functioneren en
voortbestaan kom ik nog terug bij beantwoording
van vragen van de heer Garritsen. Ook moest er
volgens het programakkoord aandacht worden besteed
aan de vestigingscriteria. Inmiddels beschikken we
inderdaad over door de raad vastgestelde vesti
gingscriteria. Een ander punt uit het programak
koord hield in dat zou worden bezien of de Br.I.M.-
gelden zouden kunnen worden aangewend voor handha
ving en uitbreiding van de werkgelegenheid. Het is
de raad bekend dat er inmiddels een fonds werkge
legenheid is en dat de besteding van de gelden uit
dat fonds jaarlijks aan de raad wordt voorgelegd.
Afgezien van een punt over de sociale werkvoorzie
ning, heb ik hiermee feitelijk alle relevante pun
ten van het programakkoord opgenoemd. Dat het pro
gramakkoord op het gebied van het werken verder
niets bevat, is tegen de achtergrond van destijds
wel verklaarbaar. In de periode voorjaar/zomer
1978 was niet alles rozengeur en maneschijn ove
rigens werd in de maneschijn de rozengeur aan de
geur van het college toegevoegd maar de werk
loosheidspercentages waren toen 5,3 voor mannen en
7,2 voor vrouwen, terwijl de percentages van