1878 16 DECEMBER 1981 duidelijk uit blijken te komen en dat ze de ande re onderwerpen compleet gaan overspelen. Het be leid dat je in verband daarmee moet voeren, is erg moeilijk. Omdat snelle aanpassingen noodzakelijk zijn, moeten er erg grove maatregelen worden geno men, zowel door de rijksoverheid als door veel provincies en gemeenten. Anderzijds gaat de opeen stapeling van grove maatregelen voor vele indivi duele mensen grote problemen opleveren. Wij zijn daarom in deze tijd eigenlijk verplicht, zeker als lokaal bestuur, bijna individueel en heel zorgvul dig na te gaan hoe het beleid moet worden uitge voerd. Dit gaat ons werk een moeilijkheidsgraad geven die we van tevoren niet hadden voorzien en die een enorme druk op het geheel zal leggen. Ik denk in dit verband aan een zorgvuldig beleid op het gebied van woonlasten, waarbij rekening wordt gehouden met de positie van gezinnen in verschil lende omstandigheden. Ook denk ik aan het voeren van een personeelsbeleid tegen de achtergrond van de onrust die ook binnen de gemeente heerst; het proces vergt een zeer zorgvuldige begeleiding. Al met al kunnen we constateren dat er enorm veel wordt geëist. Wij proberen onze taak uit te voeren, maar we zullen merken dat deze taak in de komende jaren heel wat zwaarder wordt dan tot nu toe het geval was. De portefeuille-onderdelen die ik zal behan delen, zijn gedeeltelijk om een term van de heer Van Dun te gebruiken "geleend" en vallen voor een ander deel van het begin af aan onder mijn directe verantwoordelijkheid. Ik zou graag al lereerst iets zeggen over het portefeuille-onder deel bedrijven. Politiek gesproken staat op het ogenblik centraal de kwestie van de woonlasten, met name de energiekosten, nog preciezer: de gas- prijzen. Zoals men weet zijn we gestart met een woonlastenonderzoek dat erg veel moet gaan omvat ten. Er zijn nog slechts fragmentarische cijfers bekend, maar voor zover die al te interpreteren zijn, kan het volgende worden gezegd. De huurlasten

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1878