16 DECEMBER 1981 1883 Wethouder WELSCHEN: Nee, wij gaan in feite verder. U hebt bijvoorbeeld de kwestie van de B.T.W. aangekaart; dat is één van de punten die we ook noemen. De heer GARRITSEN: Ik wijs erop dat er nog een andere motie ligt, met verdergaande voorstel len Wethouder WELSCHEN: Ik hoop dat het de raad niet te onduidelijk is. Wij willen graag een voor stel aan de raad doen en we doen dat op dit moment in de vorm waarin het nu is aangegeven. Ik wilde nu graag even doorgaan met de andere onderwerpen De tweede motie van het C.D.A. over de ener gieprijzen ligt in de sfeer van de wijkverwarming. Daarvan is in de commissie en ook later gezegd dat een positieve beoordeling naar onze mening ge rechtvaardigd is. (Sommige raadsleden plegen onderling overleg.) Wethouder WELSCHEN: Kennelijk stoor ik dis cussies en dat zou ik op zich vervelend vinden. De heer SCHURING: U stimuleert ze met zulke betogen heel erg! Wethouder WELSCHEN: Namens het college. Over het voorstel van het C.D.A. ten aanzien van de wijkverwarming zou ik het volgende willen zeggen. Wij komen in principe tot een positieve beoordeling. De financiële consequenties zijn on geveer bekend en liggen in de buurt van 700.000,Van de kant van de P.v.d.A. is ons verzocht de mogelijkheden in de sfeer van het iso latieplan en in de sfeer van een energiefonds te onderzoeken. Namens het college stel ik voor deze drie voorstellen in combinatie in een notitie te brengen, financiële consequenties aan te geven en de raad op basis van de mogelijke alternatieven

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1883