1898
16 DECEMBER 1981
betoog voortzetten?
Wethouder mevrouw PAULUSSEN: Ik wil dit ge
deelte van mijn betoog afsluiten met een opmerking
die ik ook in Princenhage heb gemaakt. Ik voel mij
daarbij in goed gezelschap van de huidige staats
secretaris mevrouw Dales, die heeft gezegd: "Van
werklozen boven de 45 weet je dat ze waarschijn
lijk nooit meer aan de slag komen. Dat weten ze
zelf ook wel en toch moeten ze elke week verant
woording afleggen over het feit of ze wel gesol
liciteerd hebben. Als je een goede manier zoekt
om mensen gek te maken, moet je het zo doen." Ook
daar moet verandering in komen en dat is een uit
daging. Ten aanzien van omscholing, beroepsoplei
ding, aanpassing van voorzieningen en verlaging of
gewijzigd gebruik van uitkeringen zal er een sa
menhangend beleid moeten komen. De sociale dienst
wil vanuit mijn sector graag een bijdrage leveren.
Zoals al diverse malen achter dit spreekgestoelte
is gezegd, zal moeten worden bekeken welke geld
stromen er zijn en welke mogelijkheden bestaan
voor samenwerkingsprojecten in het kader van arti
kel 36 W.W.V. Ook zullen we moeten bekijken wie
wat op welk moment doet en of onze organisatie
goed is aangepast. Dit is een uitdaging voor het
college en voor de raad, en het leidt tot de vraag
aan onze beleidsambtenaren, hieraan heel creatief
te werken.
Naar aanleiding van een vraag in dit verband
van de-C.D.A.-fractie kan ik het volgende zeggen.
Het college heeft al op een eerder moment het
standpunt ingenomen dat activiteiten in het kader
van artikel 36 W.W.V. duidelijk in de herstructu
rering algemene voorziening sociaal-cultureel werk
zouden moeten worden opgenomen. De ontwikkelingen
met betrekking tot de algemene voorziening blijken
echter te stagneren en dat is in de eerste plaats
te wijten aan de terughoudendheid van de betrokken
instellingen van particulier initiatief m.b.t. een
algemene voorziening.