195 12 FEBRUARI 1981 afgeschaft. Bovendien is ook in het reglement van orde voor de Tweede Kamer geen openingsgebed opge nomen en ik heb er nog geen V.V.D.-er voor horen pleiten het daarin wèl op te nemen. Ik tref nu de eerste V.V.D.-er aan die iets dergelijks verde digt. De heer TAKS: De heer Garritsen heeft slecht geluisterd. Ik heb gezegd: de V.V.D.-fractie is bepaald niet tegen afschaffing van het openingsge bed, maar zij is ertegen dat die afschaffing bij meerderheid van stemmen tot stand komt. Er dient, nu deze zaak zo gevoelig ligt, een communis opinio over de wenselijkheid van afschaffing te zijn. Zo lang bij een belangrijk deel van de raad of zelfs bij één of enkele leden van de raad de wens be staat het openingsgebed te behouden, dient het te worden behouden. De VOORZITTER: Ik zou de heer Garritsen nu willen vragen zijn betoog te vervolgen en liefst alleen. We zitten niet in een gespreksgroep. Boven dien meen ik de heer Garritsen te mogen vragen zijn bijdrage enigermate te bekorten. De heer GARRITSEN: Het argument dat de heer Taks zojuist noemde, is, denk ik, bijzonder zwak. Hij is van mening dat de minderheid in dezen moet worden gerespecteerd, maar dat kun je ik heb het al gezegd -- wel overal op gaan toepassen. We werken in de raad gewoon met meerderheidsbesluiten Je bent ergens vóór of tegen en we moeten niet de weg volgen die de heer Taks nu aangeeft. D'66 heeft een tussenweg voorgesteld, waarbij echter in feite het gebed weer op een andere wijze wordt ingevoerd. Het zal duidelijk zijn dat ik daartegen ben. In het kort zal ik nu nog op de andere punten ingaan. De P.v.d.A. heeft enige amendementen over de ondersteuning van voorstellen ingediend. Ik vind deze amendementen duidelijker dan de motie

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 195