1984
18 DECEMBER 1981
conflictbeheersing worden geregeld.
Wethouder VAN DUN: Men moet van deze wethou
der niet verwachten dat hij op voorhand de kwali
teit van cursussen kan inschatten.
De heer HENDRICKS: Maar wel van ambtenaren,
denk ikl
Wethouder VAN DUN: U weet dat ik altijd een
groot vertrouwen in ambtenaren heb.
Ik weet niet hoe die cursus afloopt. Laten we
dat nu gewoon eens even afwachten. Ik heb er ove
rigens geen enkel bezwaar tegen dat de ambtenaren
te zijner tijd in de commissie-nieuwe-stijl eens
verslag uitbrengen, in relatie tot de problematiek
waar het de heer Hendricks om gaat.
Wethouder SANDBERG: De enige echte althans
van oorsprong hugenoot onder de HUGenoten is
slechts met enkele vragen geconfronteerd. De heer
Eissens heeft vragen gesteld over de jeugdwerkloos
heid; mijn afspraak met collega Welschen is dat
hij die problematiek in zijn beantwoording zal
meenemen.
De heren Hendricks en Ten Wolde hebben beiden
gesproken over de Brabantse ontwikkelingsmaatschap
pij, waarbij de heer Hendricks mij zelfs enige eer
doet toekomen. Ik denk dat dat niet helemaal te
recht is, want die eer komt toe aan de Staten, die
in het begin van deze maand unaniem een motie heb
ben aangenomen waarin gedeputeerde staten worden
uitgenodigd een Brabantse ontwikkelingsmaatschap
pij (BOM) tot stand te brengen. Ik juich dit in
hoge mate toe, omdat ik persoonlijk sterk vóór de
komst van zo'n maatschappij ben. Ik constateer dat
in Limburg de LIOF is ontstaan, dat in het Noorden
des lands de NOM bestaat en dat er inmiddels ook
een Gelderse en een Overijsselse ontwikkelings
maatschappij zijn. Als er niet tamelijk snel ook
een Brabantse ontwikkelingsmaatschappij komt,