12 FEBRUARI 1981
200
hebben gegeven.
Over de kwestie van de notulen zullen mevrouw
Saelman en ik het niet eens worden. Dezelfde be
zwaren gelden voor een besluitenlijst. Ik kan mij
niet voorstellen dat het werkterrein van de com
missie aanleiding geeft tot veel onduidelijkheid
en ik geloof dan ook niet dat er in dat opzicht
stappen zouden moeten worden ondernomen. Tot slot
stel ik nog vast ik doe dit in telegramstijl --
dat algemene zaken op het gebied van de inspraak
inderdaad thuis horen in de commissie algemene
zaken.
Dames en heren. Het is moeilijk elkaar in de
ze aangelegenheden verder nog te overtuigen. We
kunnen wel tegen elkaar spreken, maar overtuigen
is wat ingewikkelder. Ik stel, mede omwille van de
tijd, voor nu over te gaan tot stemming over de
amendementen en de moties.
1Amendement-Garritsen (openingsgebed)
De heer OOMENMijnheer de voorzitter.
De VOORZITTER; Er is geen derde termijn, hoor.'
De heer OOMEN: Ik wilde een stemverklaring
afleggen, mijnheer de voorzitter.
De VOORZITTER: Dat mag.
De heer OOMEN: Ten aanzien van dit amendement
wil ik namens onze fractie zeggen dat wij het zeer
zouden betreuren als dit amendement niet werd aan
genomen. Wij willen de raad ter kennisneming mede
delen dat, als het gebed in het reglement van orde
blijft staan, sommige leden van onze fractie, al
dan niet van christelijke levensovertuiging, vanaf
de volgende vergadering niet meer aan het gebed
zullen deelnemen en als teken daarvan zullen blij
ven zitten.