21 DECEMBER 1981
2013
zaken. Ik had het niet over de opstelling op zich
zelf, maar ik vond dat de C.D.A.-fractie de mate
rie in eerste instantie nogal optimistisch had be
naderd. In tweede instantie heeft de heer Eissens
zich wat genuanceerder uitgelaten. Uiteraard ben
ik ervan op de hoogte dat de heer Van Dongen deze
raad bestuurlijk in de Stichting Gecoördineerd Be-
jaardenwerk vertegenwoordigt en uiteraard weet ik
dat de sociale dienst ambtelijk in de raad van ad
vies participeert. Via de motie van de P.v.d.A.
zo hebben wij het begrepen -- wordt het college
herinnerd aan een toezegging bij de begrotrngsoe-
handeling van verleden jaar, inhoudende dat de ge
signaleerde knelpunten ter hand zouden worden ge
nomen. Die knelpunten waren gelegen bij de lange
wachtlijsten die door de toename van het aantal
positief geindiceerden ontstaan en bij de bedden
capaciteit en de alarmerende berichten daarover
die ons van de kant van de Stichting Gecoördineerd
Bejaardenwerk en de indicatiecommissie hebben be
reikt. Voor het opnemen van mensen in bejaarden
oorden geldt een bepaald beleid. Ik wil daar na
mens het college of namens de raad niet in treden:
ik wil de motie uitvoeren na overleg met de indi
catiecommissie, de Stichting Gecoördineerd Bejaar
denwerk, het centraal overleg bejaardenoorden en
de bejaardenbonden. We zullen gezamenlijk ontdek
ken ik wil daarover uitvoerig in de commissie
rapporteren dat er nog enorm veel knelpunten en
afstemmingsproblemen zijn. Ik hoop dat de C.D.A.-
fractie, die de problematiek uitvoerig heeft ge
signaleerd, mee zal kunnen gaan met een aanpak van
de knelpunten op deze wijze in de komende periode.
Er is een vraag gesteld over de tijdelijke
rijksbijdrageregeling extra bestuurskosten minder
hedenbeleid. Heel globaal wil ik daarover even
iets zeggen. In 1980 is aangekondigd dat er een
extra subsidiestroom naar de gemeenten zou komen
om het zogenaamde minderhedenbeleid in zijn be
stuurlijke coördinatie te kunnen aanpakkenIn
1981 hebben we plannen gemaakt. We hadden gemerkt