12 FEBRUARI 1981
206
te distantiëren van het ingenomen standpunt van
één van haar leden en dat derhalve de beraadsla
ging in de commissie slechts betekenis heeft gehad
voor het commissielid en weinig invloed meer kan
hebben op de stemming in de raad. Vervolgens wordt
voorgesteld te besluiten "bij de commissies van
advies en bijstand de nadruk te leggen op bijstand
hetgeen impliceert dat de commissies in een vroe
ger stadium worden betrokken en zich bij een eer
ste kennismaking met een voorstel niet behoeven
vast te leggen op een "voor" of "tegen"."
De motie wordt hierna met 22 tegen 14 stemmen
verworpen
TEGEN hebben gestemd: mevrouw Den Ouden-Jan-
sen, de heren Koertshuis, Taks en Brooimans,
mevrouw Van Rooij-van den Heuvel, de heren
Van Duijl, Schuring, Veelenturf, Van den
Broek, Gielen, Goos, Eissens, Van den Wijn
gaard, Sandberg, Kammeraat, Neeb, Suurmeijer,
Peeters, Van Dun, Van Dongen, Van Banning en
Römkens
VOOR hebben gestemd: mevrouw Paulussen, de
heren Paquaij en Garritsen, mevrouw Stutter-
heim-Edelingmevrouw Elie-van Es, mevrouw
Muntjewerff-van den Hul, de heren Welschen,
Crul en De Brouwer, mevrouw Saelman-Boelen
de heren Hendriksen, Dreef, Oomen en Van de
Steenoven.
10. motie-Saelman-Boelen (recht van motie, amende
ment en initiatief voor iedere fractie)
De VOORZITTER: Naar de mening van mevrouw
Saelman dient de positie van de minderheden te wor
den versterkt, zodat het mogelijk zou moeten zijn
dat de fracties moties, amendementen en initiatief
voorstellen indienen.
De motie wordt hierna in stemming gebracht en
met 21 tegen 15 stemmen verworpen.