2112
22 DECEMBER 1981
kwestie van het buurthuis zijn enige opmerkingen
gemaakt. Het zal de raad bij de aanbieding van de
nota stadsvernieuwing en van de nota's "Formule
ring van hetgeen nagestreefd wordt" en "Terugblik
ken en vooruitzien" ik ben steeds geneigd deze
laatste "Inblikken en afzien" te noemen duide
lijk geworden zijn dat wij niet elk stadsvernieu
wingsgebied in Breda met een buurthuis kunnen op
zadelen. Op dat punt bestaat ook in de Spoorbuurt
een conflict. Het college heeft in feite voorge
steld bij de buurthuisverzorging in de binnenstads
structuur van Breda buurthuizen terecht te laten
komen op twee lokaties: één buurthuis het on
derhavige voor het zuidwestelijk gedeelte van
de binnenstad en één buurthuis voor de noordoos
telijke binnenstad op een nader aan te wijzen lo-
katie. Dit betekent dat het buurthuis waar het bij
dit agendapunt om gaat, niet alleen voor de Chas-
sébuurt bestemd zal zijn. Het zal voor de gehele
zuidwestelijke binnenstad van Breda bestemd zijn.
Wij hebben even met de gedachte gespeeld een "en,
en"-situatie te creëren, met een multifunctioneel
gebruik mede ten behoeve van de B.R.O., maar te
gen de achtergrond van het voorafgaande zal dui
delijk zijn dat die gedachte in verband met de te
verwachten bezettingsgraad van het buurthuis vol
slagen irreëel is.
Tot zo ver de optiek van de huurder/verhuur-
der-relatie in de sector openbare werken en de
buurthuisfunctie in de sector jeugd en sport. Ik
denk dat ook mevrouw Paulussen nu nog iets in het
midden zal willen brengen.
De heer DEK: Mag ik voordat de wethouder af
sluit nog interrumperen?
De VOORZITTER: Er is nog een tweede termijn.
De heer DEK: Ik krijg geen antwoord op mijn
vraag of er door de gemeente is gezocht naar ver
vangende huisvesting.