22 DECEMBER 1981
2113
Wethouder mevrouw PAULUSSEN: In een lang rij
dende trein ben ik op het laatste moment ingestapt,
toen in de laatste fase de subsidie aan de orde
kwam. Ik zou de heer Van Dongen heeft erop ge
wezen een ontzettend lang verhaal kunnen houden,
want het voorstel heeft een lange geschiedenis,
waarbij ik weliswaar pas op het laatst heel expli
ciet ben betrokken, maar die ik uiteraard in het
college wel heb meegemaakt. Ik zal mij beperken en
slechts ingaan op enkele van de kant van de raad
gemaakte opmerkingen.
We moeten, denk ik, tegen elkaar zeggen dat
de B.R.O. activiteiten onderneemt voor lichamelijk
gehandicapten, langdurig zieken, bejaarden en al
leenstaanden. De heer Garritsen heeft de doelstel
ling van de Stichting genoemd en de heer Van Don
gen heeft er op zijn wijze over gesproken. Ik ben
het helemaal met de heer Van Dongen eens dat deze
mensen het in de huidige welvaart heel vaak heel
moeilijk hebben, maar je mag ook zeggen dat via
deze hoofdzakelijke commerciële activiteiten voor
deze mensen heel veel wordt gedaan. We moeten dat
onderkennen: we hoeven niet tot een negatieve kwa
lificatie te komen, maar we moeten het beestje wèl
bij zijn naam noemen. De commerciële activiteiten
bestaan uit zaalverhuur en barexploitatieDe heer
Garritsen moet de doelomschrijving in de Stich
tingsakte ook verder lezen, want daarin is boven
dien sprake van het organiseren van uitstapjes per
boot of per bus, het bijwonen van concerten en ca
baretvoorstellingen, het verstrekken van bloemen
of fruit en het exploiteren van een ontmoetings
ruimte. Dit zijn heel legitieme doeleinden; langs
deze weg probeert men activiteiten te ondernemen
voor groepen in onze samenleving waarvoor het de
moeite waard is te werken. Er is echter een punt
waarop wij moeten zeggen: voor deze commerciële
activiteiten hebben wij geen subsidieregeling, ook
geen subsidieregeling in de huur, want je kunt de
commerciële activiteiten en de andere activiteiten
men werkt overigens met een heel laag rendement