12 FEBRUARI 1981 220 In de commissie is uitvoerig over deze kwes tie gesproken en ik wil er dan ook niet al te veel meer over zeggenWèl wil ik nog vragen of de wet houder al iets kan zeggen over de termijn waarop een oplossing kan worden gecreëerd voor de huidige gevaarlijke situatie bij de kruising Korte Ploeg- straat/Generaal Maczekstraat. Wethouder VAN DUN: De eerste vraag die door de heer Van de Steenoven inhoudelijk is gesteld, heeft hij zelf al beantwoord. De vraag luidt: waarom deze oplossing waar we niet kapot van zijn? De heer Van de Steenoven heeft zelf het antwoord gegeven; we hebben er inderdaad in de commissie lang over gepraat. In de tweede plaats zeg ik graag toe dat we door middel van de ongevallenstatistiek het beeld zullen blijven volgen. Ik denk dat dat zeker de moeite waard zal zijn. In de derde plaats durf ik niet te zeggen, op welke termijn er een oplossing voor de kruispunt- problematiek zal komen. Zonder te willen zeggen dat de heer Van de Steenoven daaraan medeschuldig is, wijs ik erop dat we in verband met de behoefte aan een beter en gemotiveerd investeringsprogramma voor de dienst openbare werken nadrukkelijk zullen moeten bekijken welke prioriteit dit kruispunt zal krijgen De heer VAN DE STEENOVEN: Ik ben onder de in druk van de beantwoording, want die gaat helemaal in mijn richting en ik ben daar bijzonder blij mee. Toch vind ik dat de wethouder in zoverre nogal vaag is gebleven, dat hij op twee punten geen ter mijn heeft genoemd. Ik zou graag van de wethouder willen horen dat we in de commissie binnen een half jaar of binnen een jaar dat hangt van de moge lijkheden af -een notaatje voorgelegd zullen krijgen waarin een overzicht wordt gegeven van de ontwikkeling van het aantal verkeersongelukken in straten waarin aanliggende fietspaden zijn

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 220