223
12 FEBRUARI 1981
zittingsperiode nimmer in de gelegenheid is ge
steld ten principale een standpunt over gemeente
lijke automatisering in te nemen. De wijziging van
de begroting komt aan ons bezwaar niet tegemoet,
zodat we ook dit maal zullen moeten tegenstemmen.
Wethouder VAN BANNING: De heer De Brouwer is
naar ik meen niet geheel op het juiste pad als hij
zegt dat de aanschaf in feite aan actualiteit
heeft ingeboet. Er wordt hier een stuk apparatuur
aangeschaft, als aanvulling op bestaande appara
tuur, waardoor de control dat is de stuureen
heid beter in de hand wordt gehouden, zodat er
een efficiënter gebruik kan worden gemaakt van de
machine zelf. Op deze manier kunnen we tot een
juiste belasting komen. Een en ander komt neer op
een verbetering van de bestaande apparatuur die in
eigendom is.
De heer De Brouwer is van mening dat de raad
niet in de gelegenheid is om voldoende invloed op
de gang van zaken uit te oefenen. Ik denk dat ik
in herhaling verval als ik zeg dat in de naaste
toekomst die gelegenheid er zeker in ruime mate
zal zijn.
De heer DE BROUWER: De wethouder moet mij
vooral niet misverstaan. Het gaat ons erom dat de
noodzaak van de bestaande apparatuur van het
C.B.T. voor ons niet vaststaat. Wat de raadskijk
op automatisering betreft: daarover heeft de raad
zich althans in deze zittingsperiode nooit mogen
uitspreken.
Wethouder VAN BANNING: Ik hoef er niet veel
meer aan toe te voegen. We hebben er enige malen
over gesproken. De kans tot het geven van een vi
sie op de automatisering zal te zijner tijd zeker
worden geboden. We hopen met een beleidsnota te
komen en naar aanleiding daarvan krijgt de raad
alle gelegenheid zijn visie te geven.