303
17 FEBRUARI 1981
mening ook inderdaad zijn. Er zal vooral aandacht
moeten worden besteed aan minderheidsgroepen die
in achterstandssituaties verkeren, met name omdat
die groepen ontzettend moeilijk bereikbaar zijn
met het overleg dat momenteel gaande is. De wijze
waarop de emancipatienota wordt opgesteld en de
criteria worden geformuleerd heeft alles te maken
met de visie die je hebt op de maatschappij. In de
commissie heb ik al gezegd ik wil dat nu niet
uitvoerig herhalen dat dit samenhangt met de
manier waarop je tegen deze zaak aan kijkt. Ik ga
ervan uit dat in deze maatschappij zowel de mannen
als de vrouwen economisch worden onderdrukt, ter
wijl de vrouw bovendien nog door het patriarchaat
wordt onderdrukt, zodat mijns inziens ook aan bei
de aandacht moet worden besteed. Als socialist zeg
je niet dat de vrouwen maar moeten wachten tot de
revolutie heeft plaatsgevonden. Ik meen dat op dit
moment de vrouwenemancipatie al keihard moet wor
den aangepakt, maar de koppeling die ik zojuist
aangaf ligt er wel degelijk. De emancipatie-acti
viteiten zullen zich ook moeten uitstrekken naar
de werkomstandigheden; ook daar zal tot democrati
sche besluitvorming moeten worden gekomen. Er mag
dan geen sprake meer zijn van een maatschappij
structuur waarbij in feite slechts enkelen de be
slissingen nemen. Mevrouw Saelman wil de aanvrage
van de V.V.D.-vrouwen honoreren, maar gezien het
liberalisme dat de V.V.D. voorstaat bekijk ik dat
toch wel anders. Ik ben van oordeel dat de maat
schappij duidelijk zal moeten worden veranderd,
wat dan zowel de man als de vrouw ten goede zal
moeten komen; ik vind dat van uitermate groot be
lang.
Wethouder PAULUSSEN: Ik wil graag met de be
antwoording beginnen, maar ik vind het wat moei
lijk te bepalen waarméé ik moet beginnen, omdat
aan tamelijk veel zaken vrij uitvoerig aandacht is
besteed.
In de eerste plaats wil ik zeggen dat ik het